In redelijkheid gebruik gemaakt van bevoegdheid (week 11)
Didam
Eisers stellen dat de gemeente een vergunninghouder heeft bevoordeeld door steeds percelen grond aan hem toe te bedelen en bestemmingen in zijn voordeel te wijzigen tegen symbolische bedragen. De rechtbank concludeert dat de gemeente in redelijkheid gebruik heeft kunnen maken van zijn bevoegdheid om aan vergunninghouder een omgevingsvergunning te verlenen voor het afwijken van het bestemmingsplan. (ECLI:NL:RBMNE:2023:1092, Rechtbank Midden-Nederland, Datum uitspraak 7maart 2023, Datum publicatie 20 maart 2023)
Feiten en omstandigheden
De gemeente heeft de omgevingsvergunning voor het afmeren van een woonboot en voor het realiseren van een bijbehorende drijvende steiger, een golfbreker en twee parkeerplaatsen in redelijkheid kunnen verlenen. De rechtbank concludeert dat de gemeente in redelijkheid gebruik heeft kunnen maken van zijn bevoegdheid om aan vergunninghouder een omgevingsvergunning te verlenen voor het afwijken van het bestemmingsplan. De rechter zegt o.a.:
Geen sprake van gronduitgifte
“Eisers stellen dat het college de vergunninghouder heeft bevoordeeld door steeds percelen grond aan hem toe te bedelen en bestemmingen in zijn voordeel te wijzigen tegen symbolische bedragen. Zo ook het perceel grond waaraan de - voorheen openbare - steiger is gelegen en waarop parkeerplaatsen ten behoeve van de woonboot zouden moeten worden gerealiseerd. Deze handelwijze levert volgens eisers ook strijd op met het gelijkheidsbeginsel door de voorgenomen gronduitgifte niet te publiceren en zo ook andere potentiële kopers mee te laten dingen. Hiermee heeft het college dus geen gelijk speelveld gecreëerd. Eisers verwijzen hiervoor naar het arrest van de Hoge Raad (HR) van 26 november 2021 (Didam-arrest).”
De rechtbank volgt eisers niet in deze grond, omdat met het bestreden besluit geen sprake is van gronduitgifte aan vergunninghouder.
(VdLC publishers/consultants BV, 22 maart 2023)
Lees de volledige uitspraak op rechtspraak.nl