Social return toegelicht
Social return is in principe mogelijk bij alle inkoopprocedures onder én boven de Europese aanbestedingsdrempel. Omdat er geen generiek beleid is, geven organisaties hun eigen invulling aan het social return beleid. Het Rijk past social return in haar inkoopbeleid toe bij aanbestedingen binnen de categorie 'werken' en 'diensten' boven het bedrag van 250.000 euro en een minimale opdrachttermijn/looptijd van 6 maanden.
Doelgroepen social return
Uitkeringsgerechtigden op basis van
- Werkloosheidsuitkering (WW), langer dan 12 maanden werkloos en/of 50 jaar of ouder;
- Arbeidsongeschiktheidsuitkering (WIA), Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA), Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ);
- Wet inkomensvoorziening oudere of gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) / Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW).
Per 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. De Participatiewet vervangt de Wet werk en bijstand (Wwb), de Wet sociale werkvoorziening (WSW) en een groot deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong).
Niet uitkeringsgerechtigde werkzoekenden
Mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt, dat zijn personen die langere tijd werkloos zijn (langer dan 12 maanden, 50 jaar of ouder zijn en/of die zonder re-integratieondersteuning of andere begeleiding niet zelfstandig aan werk kunnen komen.
Vroegtijdige schoolverlaters en jongeren
Vroegtijdige schoolverlaters en jongeren met onvoldoende kwalificaties.
De inzet van mensen met een grote(re) afstand tot de arbeidsmarkt moet volgens de juridische kaders betrekking hebben op de dienst die, of het werk dat, wordt aanbesteed. Deze mensen dienen dus daadwerkelijk te worden ingezet bij de uitvoering van de opdracht van de aanbestede dienst of werken, niet bij de overige bedrijfsvoering van de organisatie. Voor de werving en selectie van de kandidaten zullen de opdrachtnemers zich doorgaans wenden tot de gemeenten, het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), WSW-bedrijven (sociale werkplaatsen) en/of re-integratiebureaus.
Banenafspraak
In het sociaal akkoord van 11 april 2013 hebben het kabinet en sociale partners (werkgevers en werknemers) afgesproken dat ze gezamenlijk banen gaan creëren bij reguliere werkgevers voor mensen met een arbeidsbeperking. In totaal gaat het om 125.000 extra banen (ten opzichte van de peildatum 1 januari 2013). 100.000 banen in de marktsector die in 2026 gerealiseerd moeten zijn en 25.000 banen bij de overheid die in 2024 gerealiseerd moeten zijn. De banenafspraak is een landelijke afspraak. Op landelijk niveau wordt gekeken of de werkgevers in de sector overheid en de werkgevers in de sector markt de aantallen hebben gerealiseerd die voor hun sector gelden.
Quotumregeling overheidswerkgevers
In 2016 hebben overheden te weinig banen gecreëerd voor mensen met een arbeidsbeperking. Daarom is in 2018 een quotum voor overheidswerkgevers in werking getreden. Zij moeten in dit jaar 1,93% van hun verloonde uren besteden aan de doelgroep. Vanaf 2019 geldt een boete van 5000 euro per niet-ingevulde baan.
Opheffen scheiding markt en overheid
Omdat de werkgelegenheid als gevolg van de inkoop door de overheid niet meetelt voor de banenafspraak, is in oktober 2018 een motie ingediend en aangenomen, waarin is verzocht de banenafspraak aan te passen. De motie heft het onderscheid tussen markt en overheid op, zodat het meetellen van banen die via inkoop gecreeerd worden mogelijk wordt en het er niet langer toe doet of een baan meetelt bij de overheid of de markt.
Kennisdocument
Het kabinet heeft in 2021 met sociale partners een afspraak gemaakt om extra banen voor mensen met een beperking te creëren. Het Kennisdocument Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten geeft de hoofdlijnen van deze afspraken weer.
Participatiewet en social return bij aanbestedingen
Per 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. De wet is er om zoveel mogelijk mensen met of zonder arbeidsbeperking werk te laten vinden. De gemeenten zijn daarbij verantwoordelijk gesteld als mensen met een arbeidsbeperking ondersteuning nodig hebben. Social return in het kader van aanbestedingen van overheidsopdrachten houdt meestal in dat een percentage mensen met afstand tot de arbeidsmarkt door ondernemers in dienst worden genomen.
Passende aanbestedingen
Social return is in principe mogelijk bij alle inkoopprocedures onder én boven de Europese aanbestedingsdrempel met een proportionele arbeidscomponent. Over het algemeen lenen diensten en werken zich beter voor social return dan leveringen vanwege de lage arbeidscomponent van die laatste. Social return wordt bijvoorbeeld veel toegepast in de zorg (WMO), de groenvoorziening, schoonmaak en bouw. Het is aan u als inkoper om te bepalen of social return bij een specifieke aanbesteding proportioneel en toepasbaar is. Dat doet u door de markt te consulteren. In sommige gevallen kunt u ook bij het UWV informatie inwinnen.
Niet-passende aanbestedingen
In bepaalde situaties is het niet mogelijk of wenselijk om social return toe te passen.
De (limitatieve) uitsluitingsgronden zijn:
- Als door social return daadwerkelijk verdringing van bestaande banen zou optreden.
- Als er door de aard van het werk geen geschikt aanbod op de regionale arbeidsmarkt voorhanden is (ter beoordeling van gemeente/UWV).
- Als het door lokale en regionale arbeidsmarktkenmerken niet mogelijk is om vraag en aanbod op elkaar af te stemmen (ter beoordeling van gemeente/UWV).
- Als toepassing van social return disproportionele inspanningen of kosten met zich meebrengt.
In het geval social return niet toepasbaar of realiseerbaar is op grond van (één van) de uitsluitingsgronden, kan in afstemming met de opdrachtgever/directeur worden besloten om social return niet toe te passen.
Opnemen van prestatie-instrumenten
Om gezamenlijk te komen tot een certificeringsmethode die de inzet van bedrijven ten aanzien van mensen met een grote(re) afstand tot de arbeidsmarkt in kaart brengt heeft TNO de Prestatieladder Socialer Ondernemen (PSO) ontwikkeld.
Het doel is om de inspanningen van het bedrijfsleven meetbaar te maken. Daarnaast geeft een dergelijk prestatie-instrument beloning voor huidige activiteiten en de mogelijkheid voor bedrijven zich te onderscheiden. Of en hoe een dergelijk instrument ook bij aanbestedingen kan worden ingezet in aanvulling op of eventueel ter vervanging van de eisen met betrekking tot social return is op dit moment nog niet helder.