Assemblage E-meter gaat in een GPA-land plaatsvinden (week 48)
Government Procurement Act | abnormaal lage inschrijvingen | irreële inschrijvingen
De netbeheerders (Alliander, Stedin, Enexisa en Juva) hebben op 5 juni 2024 de aanbesteding ‘DSMR6 E-meter’ aangekondigd. Iskraemeco vordert de netbeheerders te gebieden de gunningsbeslissing in te trekken. De rechter concludeert dat Sagemcom voldoet aan de eis dat het assembleren van de E-meter in een GPA-land plaatsvindt. Dat Sagemcom aan die eis niet zou kunnen voldoen, heeft Iskraemeco niet aannemelijk gemaakt. Daarnaast volgt de rechter de netbeheerders in hun standpunt dat zij niet verplicht zijn om abnormaal lage inschrijvingen uit te sluiten. Ook is er volgens de rechter geen sprake van een irreële prijs. De vordering van Iskraemeco tot intrekking van de gunningsbeslissing is niet toewijsbaar. (ECLI:NL:RBDHA:2025:22229, Rechtbank Den Haag, Datum uitspraak 15 oktober 2025, Datum publicatie 25 november 2025)
Feiten en omstandigheden
De netbeheerders (Alliander, Stedin, Enexisa en Juva) hebben op 5 juni 2024 de aanbesteding ‘DSMR6 E-meter’ aangekondigd. Met de aanbesteding beogen de netbeheerders (ieder) 2 raamovereenkomsten te sluiten voor de ontwikkeling, productie en levering van een E-meter. De E-meter wordt onder meer gebruikt om energieverbruik en -productie te registreren voor factureringsdoeleinden. De raamovereenkomsten hebben een initiële looptijd van 8 jaar, en kunnen driemaal met 2 jaar worden verlengd. Gedurende deze periode zullen de netbeheerders naar verwachting bijna acht miljoen e-meters afnemen. De geraamde waarde van de opdracht bedraagt in totaal 592.517.432 euro exclusief btw. In de selectiefase beogen de netbeheerders aan de hand van selectiecriteria de 6 best scorende gegadigden (“Candidates”) te selecteren voor deelname aan de gunningsfase. In 2.2.5 van de Selection Guidelines is onder meer een definitie gegeven van een ‘GPA Candidate’ en van een ‘Non-GPA Candiate’. Iskraemeco heeft bij haar aanmelding verklaard GPA Candidate te zijn. Op 28 oktober 2024 hebben de netbeheerders Iskraemeco bevestigd dat zij als GPA Candidate tot de gunningsfase van de aanbesteding is toegelaten. Op 27 juni 2025 hebben de netbeheerders de gunningsbeslissing kenbaar gemaakt. De netbeheerders zijn voornemens om de ‘grotere’ overeenkomst (60% van het geheel) te gunnen aan Kaifa (die op de eerste plaats in de rangschikking is geëindigd). Kaifa heeft ingeschreven als non-GPA Candidate. Verder is in de gunningsbeslissing bekend gemaakt dat de netbeheerders voornemens zijn om de ‘kleinere’ overeenkomst (40% van het geheel) aan Sagemcom te gunnen, die als tweede in de rangschikking is geëindigd. Iskraemeco is op de vierde plaats geëindigd en komt in aanmerking voor een wachtkamerovereenkomst. Iskraemeco vordert de netbeheerders te gebieden de gunningsbeslissing van 27 juni 2025 binnen 5 dagen na de datum van dit vonnis in te trekken. Het oordeel van de rechter:
Assemblage in een GPA-land
“Vervolgens moet worden beoordeeld of Sagemcom voldoet aan de eis dat het assembleren van de E-meter in een GPA-land plaatsvindt. Dat Sagemcom aan die eis niet zou kunnen voldoen, heeft Iskraemeco niet aannemelijk gemaakt. Haar stelling dat het algemeen bekend is dat Sagemcom zijn fabrieken in Tunesië gebruikt voor (onder meer) het produceren, althans samenstellen van de PCBA, het moederbord van alle componenten van de E-meter, is daartoe onvoldoende. Iskraemeco heeft in dat verband een viertal handleidingen van E-meters overgelegd waaruit valt af te leiden dat deze zijn gemaakt in Tunesië, maar Sagemcom heeft onderbouwd dat zij ook een fabriek in Frankrijk heeft, te weten in Taden. Sagemcom heeft bevestigd dat zij met het oog op de opdracht in de aanbesteding de nog te ontwikkelen E-meter volledig in Frankrijk zal assembleren. De netbeheerders hebben na het stellen van verificatievragen geen aanleiding gezien de antwoorden van Sagemcom te betwijfelen.”
Abnormaal laag hoeft niet uitgesloten te worden
“De voorzieningenrechter volgt de netbeheerders in hun standpunt dat zij niet verplicht zijn om abnormaal lage inschrijvingen uit te sluiten. Zij hebben er terecht op gewezen dat artikel 3.74 juncto artikel 2.116 van de Aanbestedingswet de aanbestedende dienst een discretionaire bevoegdheid geeft waarmee deze zich kan beschermen tegen abnormaal lage inschrijvingen, maar niet verplicht tot het ecarteren van abnormaal lage inschrijvingen. Gesteld noch gebleken is dat de aanbestedingsstukken een dergelijke verplichting wel inhouden. Verder is gesteld noch gebleken dat het volgens Iskraemeco zou gaan om abnormaal lage inschrijvingen als gevolg van de niet-naleving van verplichtingen op het gebied van milieu-, sociaal- en arbeidsrecht, in welk geval de aanbestedende dienst wel verplicht is om abnormaal lage inschrijvingen uit te sluiten. Daarom behoeft niet te worden beoordeeld of, zoals Iskraemeco stelt, Kaifa en Sagemcom hebben ingeschreven met abnormaal lage prijzen.”
Irreële prijs niet aannemelijk
“Kaifa staat voor haar product en meent dat haar resultaten in het verleden geen aanleiding geven om aan te nemen dat sprake zal zijn van een hoog uitvalpercentage met daaraan gekoppelde garanties en handling fees. Zij stelt realistisch te verwachten kosten te hebben verwerkt in haar inschrijfprijzen. Gelet op deze gemotiveerde betwisting van de onder 5.11 onder a tot en met e genoemde bezwaren van Ikraemeco is naar voorshands oordeel niet aannemelijk gemaakt dat Kaifa een irreële prijs heeft gehanteerd bij haar inschrijving. Weliswaar is haar prijs per E-meter fors lager dan die van Iskraemeco (en Sagemcom), maar in dat verband is relevant dat Kaifa, die wereldwijd actief is, als non-GPA Candidate heeft ingeschreven, zodat het voor de hand ligt dat diverse kosten voor haar aanzienlijk lager zullen liggen dan voor Iskraemeco en overigens ook Sagemcom. Ook acht de voorzieningenrechter het voorshands aannemelijk dat zij schaalvoordelen heeft die haar inkoopprijzen kunnen drukken omdat diverse in te kopen onderdelen ook voor andere door haar geproduceerde E-meters gebruikt worden. Daar staat mogelijk tegenover dat zij meer kosten zal moeten maken voor vervoer, zoals Iskraemeco heeft aangevoerd, maar in dat verband heeft Iskraemeco verder niets concreets naar voren gebracht waaruit afgeleid kan worden dat dit onvoldoende is meegenomen in haar geoffreerde prijs.”
De vordering van Iskraemeco tot intrekking van de gunningsbeslissing van 27 juni 2025 is niet toewijsbaar.
VdLC publishers/consultants BV, 3 december 2025)
Lees de volledige uitspraak op rechtspraak.nl