Eis was niet in strijd met wettelijke regeling technische specificaties (week 46)
Eisen | technische specificaties
Op 18 juni 2025 heeft de [gedaagde] op Mercell de Europese openbare aanbestedingsprocedure ‘Levering betonstraatstenen [naam] Stijl’ aangekondigd. [eiseres] stelt dat de [gedaagde] in strijd handelt met de toepasselijke wet- en regelgeving door het gebruik van AEC-granulaat niet toe te staan. De rechter komt tot de conclusie dat de [gedaagde] met eis 42 niet in strijd met de wettelijke regeling voor technische specificaties heeft gehandeld. Aldus heeft zij ook het proportionaliteitsbeginsel en het gelijkheidsbeginsel niet geschonden. (ECLI:NL:RBROT:2025:13001, Rechtbank Rotterdam, Datum uitspraak 29 oktober 2025, Datum publicatie 10 november 2025)
Feiten en omstandigheden
[eiseres] is een leverancier van (o.a.) AEC-granulaat, een toeslagmateriaal voor beton. Op 18 juni 2025 heeft de [gedaagde] op Mercell de Europese openbare aanbestedingsprocedure ‘Levering betonstraatstenen [naam] Stijl’ aangekondigd. [eiseres] heeft de [gedaagde] vragen gesteld over het niet-toestaan van het gebruik van secundaire materialen afkomstig uit de verbranding van huishoudelijk afval (oftewel AEC-granulaat). Op 11 augustus 2025 heeft [eiseres] een klacht ingediend bij het Meldpunt Klachtenafhandeling Aanbesteden van de [gedaagde]. Daarin heeft zij gesteld dat de [gedaagde] in strijd handelt met de toepasselijke wet- en regelgeving door het gebruik van AEC-granulaat niet toe te staan. Ook heeft [eiseres] betoogd dat de motivering van de [gedaagde] op willekeurige gronden is gebaseerd en niet transparant is. Op 21 augustus 2025 heeft het meldpunt de klachten van [eiseres] gedeeltelijk (on)gegrond verklaard. De motivering van de [gedaagde] om het gebruik van AEC-granulaat in betonstraatstenen niet toe te staan is volgens het meldpunt voldoende en gerechtvaardigd. Het meldpunt heeft ook opgemerkt dat de [gedaagde] onvoldoende is ingegaan op de vele vragen van [eiseres] . Volgens het meldpunt zijn met name de antwoorden waarin naar beleid is verwezen onlogisch en niet-transparant. [eiseres] vordert dat de voorzieningenrechter de [gedaagde] verbiedt een gunningsbeslissing te nemen. Het oordeel van de rechter:
Eis 42 heeft verband met voorwerp van de opdracht
“Artikel 2.75 lid 1 en 2 Aw bepalen dat in de technische specificaties de door de aanbestedende dienst voor een werk, dienst of levering voorgeschreven kenmerken zijn opgenomen en dat die kenmerken verband houden met het voorwerp van de opdracht en in verhouding zijn tot de waarde en doelstellingen van die opdracht. Anders dan [eiseres] betoogt, is de voorzieningenrechter van oordeel dat eis 42 hieraan voldoet. De [gedaagde] heeft in het Beschrijvend Document toegelicht dat zij met de opdracht, naast de inkoop van betonstraatstenen, haar ambities op het gebied van duurzaamheid en circulariteit wil uitdragen. In overeenstemming met het betonakkoord wil zij 100% hoogwaardig hergebruik van betonreststromen stimuleren. Daarvoor is nodig dat “bij de productie van de betonstraatstenen gebruik wordt gemaakt van een zo hoog mogelijk percentage betonreststromen”, zodat “aan het einde van de levensduur zoveel mogelijk van de gebruikte materialen en grondstoffen geschikt zijn voor (up)recycling op minimaal gelijkwaardig niveau”.”
Gelijke kansen
“Anders dan [eiseres] stelt, blijft de gelijke toegang voor de inschrijvers met eis 42 gewaarborgd en leidt dit niet tot ongerechtvaardigde belemmeringen in de openstelling van de opdracht voor mededinging (artikel 2.75 lid 6 Aw). Iedere fabrikant van betonstraatstenen kan namelijk betonstraatstenen fabriceren zonder AEC-granulaat en daarmee aan eis 42 voldoen. Hoewel het niet-toestaan van AEC-granulaat in de in te kopen betonstraatstenen gevolgen heeft voor [eiseres] als leverancier van AEC-granulaat, creëert de [gedaagde] met het uitsluiten van AEC-granulaat geen kunstmatige beperking van de concurrentie en een ongelijke behandeling van secundaire grondstoffen. Het gaat immers om de inschrijvers, die gelijke kansen worden geboden.”
Technische specificaties
“Artikel 2.76 lid 3 Aw bepaalt dat in de technische specificaties niet wordt verwezen naar een bepaald fabricaat, bepaalde herkomst of bijzondere werkwijze die kenmerkend is voor de producten van een bepaalde ondernemer, een merk, octrooi of type, een bepaalde oorsprong of een bepaalde productie, waardoor bepaalde ondernemingen of bepaalde producten worden bevoordeeld of uitgesloten, tenzij dit door het voorwerp van de opdracht gerechtvaardigd is. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter is eis 42 niet zo’n verwijzing. Er wordt immers materiaal uitgesloten dat niet kenmerkend is voor betonstraatstenen. Anders dan in het Dyka Plastics-arrest gaat het niet om producten die kunnen worden onderscheiden aan de hand van hun fabricaat en in het bijzonder het materiaal waarvan zij vervaardigd zijn. Om die reden is het ook niet mogelijk om de woorden “of gelijkwaardig” aan eis 42 toe te voegen. Met het uitsluiten van AEC-granulaat worden bovendien geen fabrikanten van betonstraatstenen bevoordeeld of uitgesloten. Zij kunnen immers betonstraatstenen produceren van betoneigen secundaire materialen. Tenslotte wordt eis 42 in dit geval door het voorwerp van de opdracht gerechtvaardigd. De [gedaagde] wil immers met de opdracht haar ambities op het gebied van duurzaamheid en circulariteit uitdragen, waarbij past dat het gebruik van secundaire materialen afkomstig uit de verbranding van huishoudelijk afval niet worden toegestaan.”
Het vorenstaande leidt tot de conclusie dat de [gedaagde] met eis 42 niet in strijd met de wettelijke regeling voor technische specificaties heeft gehandeld. Aldus heeft zij ook het proportionaliteitsbeginsel en het gelijkheidsbeginsel niet geschonden.
VdLC publishers/consultants BV, 19 november 2025)
Lees de volledige uitspraak op rechtspraak.nl