Inschrijving niet marktconform, onderzoek naar abnormaal lage prijs niet nodig (week 42)
Abnormaal lage prijs | marktconform | Sopra-arrest
Stedin heeft bij een Europese niet-openbare aanbestedingsprocedure voor het uitvoeren van (gerechts)deurwaardersdiensten de inschrijving van LAVG ongeldig verklaart, omdat de totaalprijs van de inschrijving ongeveer dubbel zo hoog was als de gemiddelde totaalprijs van de andere inschrijvers. De rechter zegt dat de beperkte informatie die in dit kort geding beschikbaar is, erop duidt dat LAVG niet-marktconform in de zin van artikel 6.9 van de aanbestedingsvoorwaarden heeft ingeschreven. LAVG heeft bovendien nagelaten om gemotiveerd, met relevante en deugdelijk onderbouwde argumenten, haar twijfel over de door de winnende inschrijvers aangeboden prijzen aan Stedin bekend te maken, zodat er ook geen nader onderzoek naar een eventueel abnormaal lage prijs nodig was. (ECLI:NL:RBROT:2023:9444, Rechtbank Rotterdam, Datum uitspraak13 september 2023, Datum publicatie23 oktober 2023)
Feiten en omstandigheden
Stedin heeft in januari 2023 een Europese niet-openbare aanbestedingsprocedure aangekondigd voor het uitvoeren van (gerechts)deurwaardersdiensten voor incasso & contractloze aansluitingen. Na de selectiefase heeft Stedin vijf gegadigden uitgenodigd om een inschrijving in te dienen, wat deze vijf gegadigden tijdig hebben gedaan. LAVG is in de selectiefase als tweede geëindigd. Tot de inschrijvers in de gunningsfase behoren LAVG en in elk geval twee van de drie zittende dienstverleners van Stedin: Bosveld Gerechtsdeurwaarders en Incasso’s B.V. en Syncasso Nederland B.V. (hierna: Bosveld en Syncasso). De opdracht is voorlopig gegund aan Bosveld (geëindigd op de eerste plaats) en Syncasso (geëindigd op de tweede plaats) als de twee economisch meest voordelige inschrijvingen. De inschrijving van LAVG is ongeldig verklaard. In de voorlopige gunningsbeslissing van 30 juni 2023 staat het volgende vermeld:
“Bij de beoordeling van uw inschrijving op het gunningscriterium prijs hebben wij geconstateerd dat de totaalprijs van uw inschrijving ongeveer dubbel zo hoog is als de gemiddelde totaalprijs van de andere inschrijvers. Ook meerdere van uw dossierprijzen zijn een veelvoud van de dossierprijzen van de andere inschrijvers en in vergelijking met de raming van Stedin. Op basis van deze constateringen zijn wij van oordeel dat uw inschrijving niet voldoet aan het voorschrift in paragraaf 6.9 van de Aanbestedingsvoorwaarden dat alle prijzen marktconform moeten zijn, hetgeen reden is voor ongeldigverklaring, alsook dat uw totaalprijs onaanvaardbaar hoog is, hetgeen eveneens reden is om uw onderneming niet voor gunning in aanmerking te laten komen.”
LAVG heeft via het aanbestedingsplatform Mercell bij bericht van 5 juli 2023 vragen gesteld over de beoordeling van de prijzen die zij en de andere inschrijvers hebben ingediend.
LAVG vordert Stedin te gebieden de gunningsbeslissing in te trekken, en de inschrijving van LAVG alsnog geldig te verklaren, de inschrijving van de beoogd winnaars en de inschrijvingen van Bosveld, Inkassier en Syncasso, die inhoudelijke kennis hebben van de door Stedin aanbestede werkzaamheden, ongeldig te verklaren en met inachtneming hiervan een nieuwe gunningbeslissing te nemen. Het oordeel van de rechter:
Niet marktconform
“Met de vordering onder 1 vordert LAVG in de eerste plaats om Stedin te gebieden haar inschrijving geldig te verklaren. De voorzieningenrechter beschikt over te weinig informatie om die vordering te kunnen toewijzen. De beperkte informatie die in dit kort geding beschikbaar is, duidt erop dat LAVG niet-marktconform in de zin van artikel 6.9 van de aanbestedingsvoorwaarden heeft ingeschreven. Vast staat dat zij heeft ingeschreven met een prijs van 690.342,50 euro per jaar voor non-incasso. Die prijs ligt vele malen hoger dan de in de uitvraag op dit onderdeel geraamde waarde van 250.000 euro per dienstverlener per jaar en is blijkbaar ook vele malen hoger dan de prijzen van alle andere inschrijvers die kennelijk wel hebben ingeschreven met een prijs die rondom die waarde ligt. Tegen de geraamde waarde heeft LAVG bovendien nimmer bezwaar gemaakt.”
Realistische en marktconforme prijzen
“In de aanbestedingsvoorwaarden (artikel 6.9) is duidelijk gemaakt welke voorwaarden Stedin stelde ter voorkoming van een manipulatieve inschrijving. Een van die voorwaarden was dat er realistische en marktconforme prijzen moesten worden aangeboden. Gelet op wat hiervoor is overwogen, is, zonder nadere informatie, niet aannemelijk dat LAVG dat heeft gedaan. Ten slotte wordt nog overwogen dat Stedin zich erop heeft beroepen dat LAVG op twee prijscomponenten de laagste dossierprijs van alle inschrijvers heeft aangeboden. Als, in de visie van LAVG, de dan blijkbare hogere prijscomponenten van andere inschrijvers manipulatief zijn, dan valt zonder nadere toelichting niet in te zien waarom zij zelf dan wel marktconform en niet-manipulatief ingeschreven zou hebben.”
Sopra-arrest
“Op grond van het Sopra-arrest moet een aanbestedende dienst in twee fasen beoordelen of een ontvangen inschrijving een abnormaal karakter heeft. In fase 1 moet de aanbestedende dienst beoordelen of de in de offerte voorgestelde prijs of kosten abnormaal laag lijkt/lijken. Het gaat hier om een beoordeling 'op het eerste gezicht', dus niet om een onderzoek van elke offerte in detail. Als die aanwijzingen er niet zijn, kan de aanbestedingsprocedure worden vervolgd. Als die aanwijzingen er wel zijn, belandt de aanbestedende dienst in fase 2 . Dat is ook het geval als een andere inschrijver uitdrukkelijk verzoekt om te rechtvaardigen waarom de aanbestedende dienst de gekozen offerte niet als abnormaal laag heeft beschouwd. In fase 2 dient de aanbestedende dienst de samenstelling van de offerte te onderzoeken om zich ervan te vergewissen dat die niet abnormaal laag is, maar niet eerder dan nadat een afgewezen inschrijver bij schriftelijk en met redenen omkleed verzoek heeft gevraagd om uiteen te zetten waarom de geselecteerde offerte abnormaal laag wordt geacht. Dat past bij het in Nederland gebruikelijke criterium dat een afgewezen of ongeldig verklaarde inschrijver grondig moet onderbouwen dat en waarom sprake is van gerede twijfel bij de gehonoreerde inschrijving. De voorzieningenrechter is van oordeel dat partijen niet in fase 2 terechtgekomen zijn. LAVG heeft allereerst nagelaten, na de gunningsbeslissing, voorafgaand aan dit kort geding, gemotiveerd, met relevante en deugdelijk onderbouwde argumenten, haar twijfel over de door de winnende inschrijvers aangeboden prijzen aan Stedin bekend te maken. Vraag 4 in haar bericht van 5 juli 2023 geldt niet als een zodanig gemotiveerd verzoek. Gelet hierop kon Stedin volstaan met het verrichten van enkel het onderzoek als bedoeld in fase 1.”
(VdLC publishers/consultants BV, 25 oktober 2023)
Lees de volledige uitspraak op rechtspraak.nl