Loonlasten na aanbesteding hoeven niet gecompenseerd (week 3)
Rechtsverwerking | zorgvuldigheidsbeginsel
De Zorgbalie wint een aanbesteding voor hulp bij het huishouden in de gemeente Terneuzen. De Zorgbalie komt er vervolgens achter dat de in de aanbesteding opgegeven uurlonen van de medewerkers in afwijking van de cao gefixeerd zijn. Ze zijn te laag. De Zorgbalie heeft ervoor gezorgd dat de lonen worden gecorrigeerd, maar zij heeft haar inschrijving gebaseerd op de te laag opgegeven uurlonen. De gemeente is bereid tot heraanbesteding, maar dat wil de Zorgbalie niet. De Zorgbalie wil de dienstverlening voortzetten en met geld gecompenseerd worden in verband met de hogere loonlasten. De rechter stelt echter dat de gemeente niet in strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel heeft gehandeld en dat er geen sprake is van een onrechtmatige daad. (ECLI:NL:RBZWB:2023:8979, Rechtbank Zeeland-West-Brabant, Datum uitspraak 20 december 2023, Datum publicatie17 januari 2024)
Feiten en omstandigheden
De Zorgbalie verzorgt voor de gemeente al een aantal jaren de dienst hulp bij huishouden in het kader van de Wmo. Zo-net (een BV) doet dat ook. Omdat Zo-net stopt met het leveren van hulp bij huishouden wordt ook dat deel aanbesteed, waarbij het de bedoeling is dat zoveel mogelijk cliënten en medewerkers overgaan naar de nieuwe zorgaanbieder. De Zorgbalie wint de aanbesteding en sluit met de gemeente een overeenkomst. De Zorgbalie komt er vervolgens achter dat de in de aanbesteding opgegeven uurlonen van de medewerkers van Zo-net in afwijking van de cao gefixeerd zijn. Ze zijn te laag. De Zorgbalie heeft ervoor gezorgd dat de lonen worden gecorrigeerd, maar zij heeft haar inschrijving gebaseerd op de te laag opgegeven uurlonen. De gemeente is bereid tot heraanbesteding, maar dat wil de Zorgbalie niet. De Zorgbalie wil de dienstverlening voortzetten en met geld gecompenseerd worden in verband met de hogere loonlasten. Dat wil de gemeente niet. De Zorgbalie stelt een aantal vorderingen in die de rechtbank afwijst. De rechter zegt o.a. het volgende:
Beroep op rechtsverwerking gaat niet op
De gemeente stelt dat de Zorgbalie haar rechten heeft verwerkt om een vordering in te stellen, omdat zij niet aanstonds heeft meegewerkt aan of in overleg is getreden over een heraanbesteding. De gemeente doet hiermee een beroep doet op de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid van artikel 6:2 BW. Het niet meewerken aan een heraanbesteding betekent juist dat voor de gemeente duidelijk had kunnen zijn dat de Zorgbalie de mogelijkheid openhield een vordering in te stellen. Dat volgt ook uit de mededeling die de Zorgbalie op 21 maart 2022 heeft gedaan (zie nr. 3.15). Dat de Zorgbalie verklaringen of gedragingen heeft verricht waaruit de gemeente gerechtvaardigd mocht opmaken dat zij geen vordering zou instellen, is niet gesteld. Het beroep op rechtsverwerking gaat dus niet op.”
Geen schending zorgvuldigheidsbeginsel; geen onrechtmatige daad
“Zoals op de zitting met partijen besproken, moet de rechtbank op grond van artikel 25 van het Wetboek van burgerlijke rechtsvordering ambtshalve de rechtsgronden aanvullen voor zover de gestelde feiten daarvoor aanleiding geven. De feiten die de Zorgbalie stelt in verband met de gestelde tekortkoming roepen de vraag op of de gemeente in strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel heeft gehandeld. Het zorgvuldigheidsbeginsel staat in artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en is via artikel 3:14 BW (of artikel 3:1 lid 2 van de Awb) ook van toepassing op privaatrechtelijk handelen van de gemeente. Handelen in strijd hiermee kan een onrechtmatige daad opleveren.
De gemeente heeft betwist dat zij in strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel heeft gehandeld. Volgens de gemeente heeft zij naar aanleiding van de vragen bij Zo-net de informatie opgevraagd en die aan de aanbestedingsstukken toegevoegd. Zij had geen reden te twijfelen aan de juistheid van de verstrekte informatie en heeft hierbij dan ook niet onzorgvuldig gehandeld.
Dit verweer slaagt. De gemeente mocht afgaan op de juistheid van de verstrekte informatie. Het zou anders zijn geweest als die informatie evident onjuist was. Die situatie doet zich hier niet voor. De Zorgbalie heeft namelijk zelf op de zitting gezegd, dat de verstrekte informatie op het eerste gezicht niet in strijd hoefde te zijn met de cao. Onder artikel 3:2 van de Awb valt niet een vergewisplicht, dus een plicht voor de gemeente om zelf te onderzoeken of de verstrekte informatie klopt. Dat is apart geregeld in artikel 3:9 van de Awb dat via artikel 3:1 lid 2 Awb en 3:14 BW bij privaatrechtelijk handelen van de Gemeente van overeenkomstige toepassing is. Maar dan gaat het om situaties waarin een adviseur is ingeschakeld op basis van een wettelijk voorschrift. Dat is hier niet aan de orde.”
De conclusie is dat de gemeente niet in strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel heeft gehandeld en dat er geen sprake is van een onrechtmatige daad.
(VdLC publishers/consultants BV, 24 januari 2024)
Lees de volledige uitspraak op rechtspraak.nl